Nieuws
19 augustus 2021
Nog veel ISL-vragen voor gebruikers in het zwemstadion

Het Pieter van den Hoogenband zwemstadion wordt het strijdtoneel van de International Swimming League (kortweg ISL) in november, maar dit heeft consequenties voor de huidige gebruikers van het complex zoals PSV Zwemsporten, de Eindhovense Reddingsbrigade en de Eindhovense Watervrienden.
Doordat zij in november grotendeels niet kunnen trainen in het wedstrijdbad, trainingsbad en springbad, zouden de clubleden het 25 meterbad in De Tongelreep, het 25-meterbad op Eikenburg en het 33-meter buitenbad van het Ottenbad mogen gebruiken zonder kosten.
In de praktijk is dit geen passende oplossing voor de verenigingen. Het 25-meterbad van De Tongelreep is reeds bezet, De Eikenburg is met een watertemperatuur van 31 graden Celsius te warm en dus onverantwoord en het Ottenbad heeft afmetingen van 33 bij 33 meter, is overal 1,20 meter diep en zonder belijning. Zwemmen kan wel, maar dat is behelpen en schipperen weet PSV uit ervaring.
Toen de verenigingen met de ISL-plannen en de gevolgen ervan werden geconfronteerd kwam dit als een donderslag bij heldere hemel. Nadat de commotie en de ergernis waren gezakt kreeg het gezonde verstand van de gebruikers weer de overhand.
Harold Matla, voorzitter masters zwemmen van PSV Zwemsporten en secretaris van het dagelijks bestuur en tevens lid van de KNZB-taakgroep Masterszwemmen bevestigt dat het natuurlijk niet meteen feest was bij belanghebbenden. Een jaar met allerlei beperkingen en het bijna stil vallen van verenigingsactiviteiten heeft immers zijn sporen nagelaten. En dan sta je niet te juichen omdat een ISL-evenement, waar men niet op een dubbeltje hoeft te letten, alle plannen om echt weer te kunnen beginnen met de zwemsport, doorkruist. “PSV Zwemsporten in Eindhoven is net na de recentste lock down teruggevallen naar iets meer dan duizend leden, verdeeld over de commissie recreatief en elementair zwemmen (C.R.E.Z., red.) 7,8 %, schoonspringen 7,0 %, synchroonzwemmen 8,1 %, waterpolo 23,4 %, zwemmen 23,9 % en masters 29,7 %”.
Matla is geen man, die het allemaal over zich heen had laten komen en rustig had afgewacht. Als hij belangen heeft te verdedigen is hij strijdbaar. “Daarom hebben we met enkele mensen behoorlijk veel ‘tam’ gemaakt om uit te vinden op welke manier we oplossingen konden bedenken. Vooral voor het spelen van waterpolowedstrijden is het erg gecompliceerd. Bovendien is het vakantietijd, dus extra lastig om allerlei beslissingen door te voeren.”
In afwachting van de handtekeningen van gemeente en ISL heeft Harold Matla toch wel het idee dat ‘alles goed komt’. Veel echter is nog onduidelijk. De tribunecapaciteit roept nog vragen op, natuurlijk vooral op de dagen dat er van alles opgebouwd (en afgebroken) moet worden. Het lijkt nu (19 augustus) allemaal een ver-van-mijn-bed-show, maar dat staat lijnrecht tegenover de lust tot organiseren die we in Nederland gewend zijn bij zwem-evenementen. Neem alleen al het aanwijzen van juryleden.
Jettie Kluijtmans, die daar de laatste jaren mee belast is, weet nog van niets. “Ik heb nog niets gehoord of ik de jury mag doen. Ik hoop het wel, want het lijkt me fantastisch.”
De Brabantse zou daar liever vandaag dan morgen mee willen beginnen.
Zo’n sensationeel en spectaculair toernooi in Eindhoven kan juist een inspiratie zijn voor zwemport nieuwe stijl en de beleving ervan. De Swim Cups, de NK en internationale toernooien als de EK lang (2008) en EK kort (2010) en daarna een drietal Swimming World Cups (2013, 2017 en 2018), hebben de Lichtstad op de Nederlandse, Europese en Wereldkaart gezet.
Binnenkort een uitgebreide reportage in de magazine uitgave van Zwemkroniek! (Bron: Nanda van Heeteren)