Nieuws
03 december 2025
15e medaille 4 x 50 meter vrije slag, 10e keer Europees goud voor de vrouwenploeg
Op de eerste dag van het EK korte baan in het Poolse Lublin besloot de 4 x 50 vrij vrouwenploeg de dag met een gouden medaille op het slotnummer. Dat klinkt zo vanzelfsprekend, maar is eigenlijk historisch en fenomenaal. Het is namelijk het 10de goud en de 15de medaille op dit onderdeel voor de Nederlandse vrouwen.
In de samenstelling Milou van Wijk (24,08), Marrit Steenbergen (22,89), Tessa Giele (23,83) en afmaker Valerie van Roon (23,05) was het lange tijd onzeker of Nederlandse winst nog mogelijk was. Het altijd gevaarlijke Italië voerde lange tijd het deelnemersveld aan. Met nog één keerpunt te gaan liet de Oranje formatie haar ware gezicht zien met een winnende tijd van 1.33,85.
Ook de mannen zwommen in de finale. Na de tweede snelste tijd in de series leken er medaillekansen, maar ander ploegen namen snel het heft in handen. De zesde plaats was uiteindelijk een topprestatie voor Sean Niewold, Brandon van den Berg, Caspar Corbeau en Kenzo Simons. De landenteams van Italië. Kroatië en thuisland Polen verdeelden de medailles.
Europees record
De finales begonnen met Imani de Jong op de 400 meter vrije slag. Zij zwom naar een zesde plek in een knappe tijd van 4.03,04 nadat ze in de series een tijd van 4.03,97 op de klokken bracht. Een mooie zwemdag voor de HBO student in de verpleegkunde. Debutante Marte Hieke van der Kamp slaagde er niet in zich niet te kwalificeren met 4.08,79, (20e plaats). Met een voortreffelijk Europees record (3.56,70) ging de zege naar Isabel Gose uit Duitsland.
Op het hetzelfde onderdeel bij de mannen ging de titel niet naar Olympisch kampioen Märtens, maar in 3.36,33 naar de Britse nieuweling McMillan. Tiago Fonseca Gomes kwam 3.42,57 tot een persoonlijk record. Zijn eerste start bij een EK als seniorzwemmer betekende voor hem een 22e plaats.
Van de vier zwemmers op de 100 meter schoolslag nestelde Caspar Corbeau zich boven aan de ranglijst. De jongste van het stel, Koen de Groot, scoorde in de series een PR in 57,12, in de halve finale ging het nog sneller in 56,83. Het was echte een kwestie van honderdsten op weg naar de finale. ‘Good old’ Arno Kamminga moest het afleggen tegen de nieuwe generatie schoolslagcoryfeeën: zijn 57,73 in de series was niet snel genoeg voor de ex-Europese kampioen om nog mee te doen in de volgende ronde.
Maaike de Waar wederom finaliste
De 50 meter vlinderslag van de vrouwen gaat elke toernooi sneller. De halve finale betekende voor Tessa Giele, winnares in Otopeni 2 jaar geleden, nu het eindstation. Maaike Waard redde het wel. In 2012 debuteerde zij als 16-jarige in Chartres met een achtste plaats. Nu behoorde de tweevoudig medaille winnares net nog bij de finalisten (25,09).
