Nieuws
21 december 2023
Tien verschillende kampioenen Senioren 1 en 2
Maar liefst 10 verschillende kampioenen in de leeftijdsgroep jongens senioren 1 en 2 (geboren in 2004 of 2005) gaven elkaar vaak weinig toe bij het NK Kortebaan. Ze lieten met hun tijden merken dat zij de generatie van de toekomst zijn om Nederland te vertegenwoordigen bij Europese en wereldkampioenschappen en de Olympische spelen van 2028.
Omdat er zes afstanden op de borstcrawl zijn is het niet verwonderlijk dat Merlon Belmon van Team NL PSV uit Eindhoven de meest succesvolle kampioen was. Dat hij de 400, 800 en 1500 meter (3.51,26, 7.55,97 en 15.10,47) aan zijn zegekar bond was niet verwonderlijk. Maar de combinatie met de overwinning op de 100 vrij (48,96) was dat wel. De afstand op de 50 vrij was te kort voor Belmon. Hij finishte in 22.86. Vince van der Pal (TeamNL - De Dolfijn) was hem te snel af in 22,43 en dat gold ook voor Domingo Kuipers van DZ&PC in 22,58.
Status en ‘muziek’
Koen de Groot bewees bij de EK van Otopeni dat hij niet voor niets namens TeamNL tot de deelnemers behoorde. In Den Haag bevestigde hij zijn status. Trouwens met de schoolslag zit het momenteel wel goed in Nederland, zoals nu ook weer bewezen werd met zes neo-senioren onder de minuut op de 100 meter, terwijl zwemmers van PSV de drie podiumplaatsen bezetten op de 200 meter schoolslag: Steijn Louter TeamNL 2.09,49, Luca Janssen 2.09,76 en Cas Verstegen 2.12,98.
Op de vlinderslag nam Simon Claasen (ZPC Amersfoort) de winst voor zijn rekening op de 50 en 100 meter (23,76 en 53,43). De 200 meter leek weggelegd voor Emile Fouzai. Zijn 2.00.74 was best heel goed, maar Hendrik van der Leest was op dag 1 een seconde sneller met zijn 1.59,71. Twee dagen later veroverde de Fries van origine (o.a. de Vikings Harlingen) achter winnaar Raf Hendriks het zilver op de 200 meter rugslag in 1.57,82.
Dat er ook op de rugslag ‘muziek’ in zit bewees Jay de Vries. De algemeen kampioen van Nederland op de 100 meter had nu 53,55 nodig op de gezwommen race in de ochtend. De rugslagsprint ging in 24,95. De Vries kan meer dan alleen sprinten, zijn 200 meter rugslag ging in 1.59,44.
Wisselslag
Tot slot de wisselslagnummers. De sprintversie was in 54,96 voor Domingo Kuipers, nu uitkomend voor DZ&PC. Op zowel de 200 als de 400 toonde Yanieck Weijland net als vorig jaar zijn klasse met zijn 1.58,09 en 4.20,19. Het past in het systeem van de NK, dat ook andere aankomende zwemmers het goed doen op deze allround nummers: Domingo Kuipers 2.00,50 en Luuk van Rooij (goud op 200 vrij) 2.00,84 op de 200 meter en Sven van Klink 4.24,10 en Wouter Zijlstra, HZ&PS Heerenveen 4.28,83 op de technisch lastige en zware 400 meter. Misschien hebben ook zij geprofiteerd van de lessen die Marcel Wouda (wereldkampioen 200 meter lange baan in 1998 en wereldrecordhouder korte baan in 1997) her en der heeft gegeven.
Daarom is het zo interessant om de generatie zwemmers de komende jaren te volgen op hun weg naar mogelijke topprestaties. Daar hoort vaste en zeker ook de ambitieuze Koen Marsman (ZPC Amersfoort) bij, die nu te maken kreeg met bescheiden klasseringen (o.a. brons op 100 wissel en 400 vrij).