Tweemaal brons voor Team NL: Marrit Steenbergen en Tes Schouten

Marrit Steenbergen zevende Nederlandse zwemmer met medaille op 100 vrij

Marrit Steenbergen maakte zich met 52.71 volledig waar in de finale van de 100 meter vrije slag. Na de start van het meest prestigieuze zwemnummer ging zij direct met de mogelijke favorieten mee. Halverwege keerde ze als vijfde. In het zicht  van de finish deed zij een geslaagde greep naar een plek op het podium. Tegen de rush van 200 meter winnares Mollie O’Çallaghan (52.16 goud) kon zij niet op en ook de snel gestarte zwemster Siobhan Haughy uit Hong Kong (52.49 zilver) was niet in te halen. Steenbergen bleef wel knap de Amerikaanse Kate Douglas (52.81) en de Australische Emma McKeon (52.83) voor.

Met het brons was Steenbergen op de 100 meter vrije slag de zevende Nederlandse met een medaille na Enith Brigitha (brons in 1973 en 1975), Annemarie Verstappen (zilver in 1982), Conny van Bentum (brons in 1986), Inge de Bruijn (goud in 2001), Marleen Veldhuis (zilver 2007), en Ranomi Kromowidjojo (brons 2011 en 2013).

Dat Marrit het NR van Femke Heemskerk (52.69 Swim Cup Eindhoven 2015) op 0,02 seconde miste was natuurlijk zonde, maar misschien is die tijd in het Olympisch jaar met Parijs 2024 een doel om na te streven. Steenbergen, die zich met 52,82 als snelste voor de finale had geplaatst, vond het moeilijk haar race te omschrijven bij Martin Vriesema van de NOS. “Goed”, vond ze aanvankelijk bescheiden. “Dat ik dan zo'n tijd zwem, is heel apart”. Gaandeweg het gesprek ging zij er nader op in. “Dit is supergaaf. Bizar, zelfs.”

Na het aantikken durfde ze niet naar het scorebord te kijken, bekende ze. In plaats daarvan keek ze naar de tribune, waar haar ploeggenoten haar verrichtingen volgden. “Toen ik ze zag juichen kon ik alleen maar denken: ik zal toch geen medaille hebben?”

Sensationeel brons voor Tes Schouten

Op de 200 meter schoolslag zorgde Tes Schouten internationaal gezien voor sensatie door het brons voor zich op te eisen. Fukuoka was voor Schouten de derde WK-deelname en vorig jaar zwom zij als beste tijd 2.26.82 en kwam zij niet verder dan de series. De zwemster uit Bodegraven tikte nu als derde aan in 2.21,63, een nieuw Nederlands record. Het was 2.21.71. Tot 150 meter lag zij in tweede positie. Schouten bleef daarna haar lange slag gebruiken en liet zich niet opjagen door twee Amerikaanse zwemsters. Uiteindelijk ging de wereldtitel naar de Zuid-Afrikaanse Tatjana Schoenmaker, die de klok liet stoppen na 2.20.80. Wel werd de Nederlandse verrassing gepasseerd door Kate Douglass met haar 2.21.23. Wereldkampioene Lilly King (USA) die beschouwd werd als topfavoriet, bleef steken op 2.22.25 (vorig jaar 2:22.41) en een vierde plaats.

Schouten was sprakeloos na haar race. Haar geheim? “Ik heb me tot de laatste baan aan mijn raceplan gehouden.” Eenvoudig was dat niet, gebood de eerlijkheid haar te bekennen. Zo’n 25 meter voor de verlossende plaat zag Schouten dat een medaille in het verschiet lag. “Ik dacht: o jeetje, ik kom nu wel heel dichtbij.”

Vijfde plaats Caspar Corbeau

Op de 200 meter schoolslag tikte Caspar Corbeau aan in 2.08,42. Dit PR was goed voor een vijfde plaats in zijn eerste WK-finale. De Chinees Haiyang Qin tekende met zijn winnende 2.05.48 voor een wereldrecord, een verbetering van meer dan een halve seconde van de oude toptijd, die met 2.05.95 in handen was van de Rus Anton Chupkov. Eerder schreef Qin ook de 50 en 100 school op zijn naam.

Nyls Korstanje naar finale 100 vlinder

Nyls Korstanje slaagde erin zich te plaatsen voor de finale van de 100 meter vlinderslag. De Nijmegenaar, die in de series het Nederlands record op 50.78 bepaalde en zich daarmee verzekerde van een startbewijs voor de Olympische Spelen in Parijs, tikte aan in 50.98, de gedeelde vijfde tijd. De Amerikaan Dare Rose ging met 50.53 als snelste naar de eindstrijd, die zaterdag op het programma staat.

Op de 50 meter vrije slag waren de laatste meters voor Kenzo Simons in de halve eindstrijd heel lastig. De sprinter, die heel zenuwachtig was voor zijn eerste WK-optreden in de series, kwam tot 21.92 (elfde tijd) en miste de laatste acht (vereist was 21.88). De Australische veteraan Cameron McEvoy was met 21.25 een klasse apart. De Fransman Florent Manaudou (ook al ‘op leeftijd’) miste eveneens de finale. Thom de Boer was al in de series gesneuveld. Zijn 22.13 was ‘slechts’ de (gedeelde) twintigste plaats.

In de halve finale van de 50 meter vlinderslag eindigden Maaike de Waard (26.02) en Kim Busch (26.14) in de achterhoede (dertiende en veertiende). De Zweedse Sarah Sjöström, die alleen de 50 vlinder en 50 vrij zwemt, was met 24.74 veruit de snelste op dit niet-olympische nummer.