Hollands Glorie in gesprek met Andrea Kneppers

Komend weekeinde doet Andrea Kneppers samen met heel veel andere RTC-zwemmers mee aan de Diamond Sprint in Antwerpen, een driedaags toernooi in het Wezenbergbad (50 meter). Zij is het toonbeeld van een jong talent dat begonnen is bij een kleine club en daarna een ontwikkeling doormaakte richting RTC. Zij werd geboren in het Noord-Hollandse dorp ’t Zand, waar zij ook opgroeide. Onder leiding van Rob Schut bloeide ze als zwemster op bij ZV Hoorn, waar meerdere talenten vandaan komen (o.a. Joost Reijns). Het vrije slag en vlinderslag talent deed al mee aan drie grote internationale jeugdkampioenschappen: de EYOF in Belgrado (2007) en de EJK’s in Belgrado (2008) en Praag (2009). Sinds anderhalf jaar traint ze bij het RTC van Eiffel Swimmers NZE in Eindhoven om het ultieme doel te halen: De Olympische Spelen!


Paspoort
Naam: Andrea Kneppers
Geboortedatum: 24 februari 1993 uit ’t Zand (NH)
Woonplaats: Eindhoven
Vereniging: Eiffel Swimmers PSV, eerder Oude Veer en ZV Hoorn
Coach: Jeanet Mulder (eerder Rob Schut)
Beste slagen: vrije slag en vlinderslag



Andrea, hoe gaat het met je?
Het gaat erg goed met me. Trainingen gaan erg lekker en ik voel dat ik steeds sterker word. Omdat ik vorig seizoen veel last had van een schouderblessure, kon ik niet voluit trainen. De schouderblessure heb ik nu goed onder controle waardoor ik meer meters kan maken en fysiek meer aankan. Dat voelt erg goed en geeft erg veel vertrouwen. Ook op school gaat alles prima. Ik zit nu in mijn examenjaar van het VWO op het Plein College Sint Joris. Het is een LOOT-school, dus ze houden erg veel rekening met het zwemmen. Dat is wel fijn.

Hoe kijk je terug op het afgelopen NK Korte Baan? Lig je op schema voor je doelen van dit jaar? En wat zijn die doelen?
Tijdens afgelopen NK korte baan werd ik ziek. Ik zwom vrijdagochtend nog wel lekker, alleen vrijdag middag voor de finales voelde ik me al niet goed. Toen heb ik wel finales gezwommen, en ik heb wel op de 200m vlinderslag en 400m vrije slag pr’s gezwommen. Maar vrijdagavond na de finales voelde ik me beroerd en zaterdagochtend werd het nog erger. Ik heb zaterdagochtend nog wel 100 vlinder gezwommen, maar dat was een drama. Daarom heb ik de rest van mijn afstanden afgezegd. Dat was wel echt een teleurstelling. Juist omdat ik die weken ervoor zo goed bezig was in de training en ik wilde echt laten zien dat ik erg hard kan zwemmen. Maar ik was wel tevreden met mijn tijden op de 200 vlinder en 400 vrij, want als je ziek bent en 2 pr’s zwemt dan moet er wel nog meer inzitten.

Je bent begonnen bij Oude Veer in Breezand/Anna Paulowna en maakte daarna bij ZV Hoorn een enorme ontwikkeling door. Wilde je van jongs af aan al verder in de sport? Of is dat gegroeid?
Bij Oude Veer kwamen we erachter dat ik Jaargangfinales mocht zwemmen in Leiden. Daar zijn we in contact gekomen met mensen van Hoorn en die waren zo enthousiast dat ik daar wel wilde trainen. Zo ben ik overgestapt van Oude Veer naar ZV Hoorn. Bij Hoorn hadden we een leuke trainingsgroep met zwemmers en zwemsters die heel veel plezier hebben in het zwemmen en die er echt voor willen gaan. Ook trainer Rob Schut is een belangrijke persoon in mijn zwemcarrière, van hem heb ik veel geleerd. In Hoorn heb ik geleerd dat hard trainen en veel plezier hebben dé combinatie is om hard te kunnen zwemmen. Zo ben ik terecht gekomen bij Nederlandse Junioren Kampioenschappen. Vanuit die NJK’s is de ambitie gegroeid om verder te komen met het zwemmen. Vooral toen ik in 2007 het Europeon Youth Olympic Festival (EYOF) haalde. Dat was een fantastische ervaring. Daarna heb ik nog twee keer Europese Jeugd Kampioenschappen gezwommen. Na de laatste EJK wilde ik meer uit mezelf en het zwemmen halen en ben ik van ZV Hoorn naar PSV verhuisd.

Sinds anderhalf jaar train je nu in het RTC bij Jeanet Mulder. Hoe is de trainingsgroep en hoe is Jeanet als trainster?
Het verschil tussen de trainingen bij Hoorn en de trainingsgroep bij het RTC is hoe serieus de mensen bezig zijn met het zwemmen. De trainingsgroep bij het RTC is heel erg gemotiveerd en getalenteerd. Het is heel leuk om met je zogenaamde concurrenten te trainen. Daar word je beter van. Jeanet kende ik al van het EJK in Praag en ik kan het erg goed met haar vinden. Als trainster wil ze het beste in je naar boven halen en als zwemster wil ik dat zelf natuurlijk ook.

Hoe ziet een trainingsdag van jou eruit?
Mijn wekker gaat elke ochtend om 05:47 uur en dan eet ik wat en vertrek ik op de fiets naar het zwembad. Daar trainen we van half 7 tot half 9. Op maandag, woensdag en vrijdag gaan we direct uit de ochtendtraining door naar de krachttraining. Na de trainingen ga ik elke dag tot half 3 naar school. Daarna snel naar huis om wat te eten en weer snel naar het zwembad. Daar hebben we op dinsdag en donderdag van 3 tot half 4 landtraining. We trainen maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag middag van half 4 tot half 6. Na de middagtraining ga ik naar huis om eten te maken. Daarna was ik af, kijk ik tv en praat ik bij met mijn huisgenootje Judith Stap. Rond 9 uur liggen we dan in ons bed om de volgende dag weer om 05:47 wakker te worden.

Wat was tot nu toe je mooiste en beste prestatie?

Mijn mooiste en beste prestatie zijn 2 verschillende dingen. De mooiste prestatie die ik behaald heb is niet persoonlijk. Het mooiste vond ik toen we met de estafetteploeg van Hoorn Nederlands kampioen werden met een Nederlands Record tijdens de NJK in Emmen 2007. Dat hele weekend was trouwens echt fantastisch. De beste prestatie vind ik mijn 200 meter vrije slag op de Swimcup in Amsterdam 2009 waar ik de limiet zwom voor de EJK in Praag. Ook dat jaar ervoor, toen ik de limiet zwom voor de EJK in Belgrado op de 200 vlinder vond ik één van mijn beste prestaties.

Je zit in het team van de stichting “Sporttop” opgericht door oud-Olympisch Kampioen schaatsen Jochem Uytdehaage. Wat regelt “Sporttop” voor jou en hoe helpt je mentor Gregory Sedoc je hierbij?
Met Sporttop heb ik al een aantal keer leuke workshops gehad waar je veel dingen van leert. Maar het leukste aan Sporttop vind ik, dat als je een workshop hebt dat je dan ook andere talenten uit andere sporten leert kennen. Ik vind het erg leuk en interessant om te horen hoe het bij andere sporten gaat en hoe zij dat doen met trainen en dergelijke. Je kan veel van elkaar leren. Dat heb ik ook bij Gregory. Ik kan van alles aan hem vragen over echte sporters-dingen. Hoe gaat hij om met de spanning? Hoe deelt hij zijn tijd in? Welke keuzes maakt hij voor de sport? Dat zijn dingen waar je veel van kan leren.

Je won drie keer de titel “Beste sporter van ‘t Zand”. Hoe speciaal is die waardering voor jou?
Ik vind het vooral heel leuk en speciaal om die waardering te krijgen. Ik werk er hard voor en het is leuk als mensen dat inzien en dat waarderen.

Stelling: “Ik ben alleen tevreden over mijn zwemcarrière als ik de Olympische Spelen heb gehaald!”
Daar ben ik het niet mee eens. Je hebt zoveel verschillende wedstrijden en dingen die je kunt bereiken in de sport. Olympische Spelen halen is natuurlijk dé droom voor een topsporter maar er is zoveel meer.