Nieuws

05 december 2005

KNZB interpretatie nieuwe reglementen

De KNZB heeft vandaag de interpretatie van de nieuwe KNZB reglementen op internet gezet. Hieronder de complete tekst:

Officiële mededelingen

Toelichting op reglementswijzigingen gepubliceerd in Bestuurlijk Informatie Bulletin, nr 7a – september 2005 Extra editie:

Verplichting van de deelnemers

D16.16
Bij de estafettes zal de ploeg van de deelnemer, wiens voeten de startplaats hebben verlaten voordat zijn voorgaande ploeggenoot heeft aangetikt, worden gediskwalificeerd.

Spreekt voor zich. Het terugkeren om alsnog de foutieve overname te herstellen is vervallen.
Toe vroeg overnemen = diskwalificatie.

Rugslag

D18.2.a
Voor het startsignaal moeten de deelnemers gereed liggen in het water met de voorzijde van het lichaam naar de startzijde en met beide handen de starthandgrepen vasthouden. Staan in of op de overloopgoot of het klemmen van de tenen over de rand van de overloop goot is verboden.

De tenen hoeven niet meer onder water te zijn bij de start. Er is geen beperking aan hoe ver de tenen of voeten boven water mogen zijn. Als er een overloopgoot aanwezig is mogen de tenen niet over de rand van die overloop geklemd worden. De tenen mogen dus wel tegen die rand en/of ronding van de rand worden geduwd.

D18.2.c
Gedurende de gehele race moet enig deel van het lichaam het wateroppervlak doorbreken. Het is toegestaan dat de deelnemer volledig onder water is gedurende het keerpunt., tijdens de laatste slag en over een afstand van niet meer dan 15 meter na de start en elk keerpunt. Op dat punt dient het hoofd het wateroppervlak te hebben doorbroken.

Hier is slechts het reglement tekstueel gewijzigd van “bij de finish” in “tijdens de laatste slag”.
Qua uitvoering blijft het bij het oude.

D18.2.d
Tijdens het keren mag de rugligging verlaten worden, waarna een ononderbroken ongelijktijdige armdoorhaal of een ononderbroken gelijktijdige armdoorhaal mag worden gemaakt om het keren in te zetten. De deelnemer moet de rugligging weer hebben ingenomen, wanneer het contact met de wand is verbroken. Tijdens de keerpuntactie moet met enig lichaamsdeel de wand worden geraakt.

In eerste oogopslag lijkt er veel veranderd. Dit is echter niet het geval. Sterker nog er is in feite niets veranderd, maar de regelgeving is vereenvoudigd weer gegeven.
Direct na het op de borst draaien dient het keerpunt ingezet te worden. Die inzet gebeurt met een armdoorhaal (1 of 2 armen). Tijdens die armdoorhaal mogen onbeperkt beenslagen (ter ondersteuning van het nemen van het keerpunt) worden gemaakt. Het keerpunt moet ononderbroken gemaakt worden en tijdens de keerpuntaktie moet de wand met enig lichaamsdeel worden aangeraakt (is meestal het afzet moment) en na het loslaten van de kant
moet de rugligging weer zijn ingenomen.
Op de borstzijde uitdrijven is dus niet toegestaan. Als echter na het op de borst draaien direct begonnen wordt met een armdoorhaal -ook al gebeurt dit langzaam- dan betekent dit dat de keerpuntaktie wordt ingezet en dus ook ondersteunende beenslagen zijn toegestaan. Een extra armslag om het keerpunt te kunnen volbrengen blijft verboden.

D18.2.e
Bij het einde van de voorgeschreven afstand, dient de wand in rugligging te worden aangetikt.
Hier is de zinsnede dat het lichaam zich geheel onder water mag bevinden weggelaten.
Dit is nu verwoord in D18.2.c

Schoolslag


D18.3.a
Vanaf het betgin van de eerste armslag na de start en na ieder keerpunt moet het lichaam op borstzijde worden gehouden. Het is niet toegestaan op enig moment op de rug te draaien.

Tijdens de gehele race is de volgorde van de cyclus eerst een armslag en dan een beenslag.
Hier is de cyclus volgorde toegevoegd. Dit stond eerst verwoord in de toelichting.

D18.3.e (wordt 18.3.d
In de achterwaartse beweging van de beenslag moeten de voeten buitenwaarts worden bewogen.
Een schaarslag, gelijktijdige en of ongelijktijdige bewegingen van de benen en de voeten in het verticale vlak zijn niet toegestaan, met uitzondering van het genoemde in artikel D 18.3.f.
Het doorbreken van het wateroppervlak met de voeten is toegestaan; hierna is een neergaande gelijktijdige beweging van de benen en de voeten in het verticale vlak niet toegestaan.

In dit artikel is de verwijzing naar D18.3.f toegevoegd (dolfijnbeenslag).

D18.3.g wordt 18.3.f
Tijdens iedere volledige cyclus moet een deel van het hoofd het wateroppervlak doorbreken. Na de start en na elk keerpunt mag een deelnemer één armslag maken die volledig naar achteren tot aan de benen wordt doorgehaald. Eén enkele neerwaartse verticale gelijktijdige beweging van de benen, gevolgd door een schoolslag beenbeweging is toegestaan, terwijl de deelnemer geheel onder water is. Daaropvolgend moeten alle bewegingen van de benen gelijktijdig en in hetzelfde horizontale vlak worden uitgevoerd, zonder afwisselende bewegingen.

Hierin is maar één onderdeel gewijzigd: er mag na start en keerpunt tijdens de eerste slag onder water een dolfijnbeenslag worden gemaakt. Deze dolfijnbeenslag (oftewel tumpex of vlinderbeenslag) mag alleen worden gemaakt passend in de cyclus armslag - beenslag. Met andere woorden: vanaf het moment dat de armslag wordt ingezet -op het moment dat de handen uit elkaar worden bewogen- mag de dolfijnbeenslag worden gemaakt. Direct daarop volgend dient een schoolslag beenslag te worden gemaakt.


Vanwege de wijzigingen komt lid d te vervallen en worden de leden na c ‘omgeletterd’ in d t/m g.

Tot slot:

De ongeschreven regel “twijfel is altijd voordeel zwemmer” blijft ongewijzigd.
Deel dit artikel
Swimmere Zwemsport